Plantgroep | Klimplanten |
---|---|
Familie | Vlinderbloemenfamilie |
Standplaats | |
Bladkleur | Groen |
Bloeikleur | Wit |
Bloeitijd | mei |
Wintergroen | Nee |
Planthoogte | 1000 cm - 1000 cm |
Grondsoort | elke goede tuingrond |
Plantafstand | |
Toepassingssuggesties | Border. |
Winterhardheid | goed (b) (-21 tot -18°C), USDA zone 6b |
Bloeivorm | (20-)25-30 lange, tamelijk dikke trossen |
Groeiwijze | klimmend, rankend tegen de zon in |
Vochtigheid | niet te droog |
Oorsprong | |
Snoeien | |
Synoniem | |
Bijzonderheden |
Deze cultivar valt op door het bronskleurig uitlopende blad. De mauvekleurige bloemtrossen steken hier mooi tegen af. Regelmatig de lange scheuten terugknippen tot op 2-3 ogen. De eerste keer in mei en daarna elke keer als de nieuwe scheuten 100-150 cm lang zijn.
Regelmatig de lange scheuten terugknippen tot op 2-3 ogen. De eerste keer in mei en daarna elke keer als de nieuwe scheuten 100-150 cm lang zijn.