Plantgroep | Siergrassen |
---|---|
Familie | Grassenfamilie |
Standplaats | Vochthoudend |
Bladkleur | Groen |
Bloeikleur | Geel |
Bloeitijd | mei - augustus |
Wintergroen | Nee |
Planthoogte | 20 cm - 50 cm |
Grondsoort | goed doorlatende grond |
Plantafstand | |
Toepassingssuggesties | Borderplant of Boomspiegel. |
Winterhardheid | goed (-23 tot -18°C), USDA zone 6 |
Bloeivorm | losse pluimvormige aren |
Groeiwijze | polvormend |
Vochtigheid | vochthoudend |
Oorsprong | |
Snoeien | |
Synoniem | |
Bijzonderheden | uniflora = eenbloemig |
Sierlijk bosgras met smalle blaadjes en een vertakte bloeiwijze met kleine bruinwitte enkelbloemige aartjes. Groeit graag op voedselrijke bosgrond, stoelt uit met worteluitlopers. Inheems gras van vochtige loofbossen in Oost- en Zuid-Nederland. In het voorjaar kunnen de resten van de plant op 5 cm boven de grond worden afgeknipt.
In het voorjaar kunnen de resten van de plant op 5 cm boven de grond worden afgeknipt.